Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding mogelijk in Belastingplan 2023

Bron: Salaris Vanmorgen 1-4-2022

Het kabinet wil in het licht van het Belastingplan 2023 kijken of de onbelaste reiskostenvergoeding al per 1 januari 2023 omhoog kan.

Dat heeft staatssecretaris Rij van Fiscaliteit gezegd in een debat in de Tweede Kamer van 30 maart 2022.

De staatssecretaris reageert op een motie van de Tweede Kamerleden Heinen en Inge van Dijk.

De motie luidt als volgt:

“De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding, ook wel kilometervergoeding genoemd, pas in 2024 en 2025 wordt ingevoerd;

overwegende dat een eerdere verhoging in 2023 haalbaar moet zijn;

verzoekt de regering de onbelaste reiskostenvergoeding per 1 januari 2023 al zo veel mogelijk te verhogen en voor dekking in de eerste plaats te kijken naar de eerder verlaagde jubelton door middel van een intertemporele kasschuif,

en gaat over tot de orde van de dag.”

De heer Heinen (VVD) zegt hierover het volgende:

“Ik refereer hier aan het coalitieakkoord. Daarin wordt het in twee stappen verhoogd in latere jaren. Eerst gaat het van €0,19 naar €0,21 en dan van €0,21 naar €0,23. Dat kost zo’n 400 miljoen. Het gaat dus in stappen van 200 miljoen omhoog.”

https://www.salarisvanmorgen.nl/2021/12/16/coalitieakkoord-2021-2025-onbelaste-reiskostenvergoeding-per-2024-omhoog/embed/#?secret=7HelYgpKgp#?secret=sjdpciHqox

De reactie van de staatssecretaris op de motie:

“Dan de motie op stuk nr. 133, van de heer Heinen en mevrouw Inge van Dijk. Daarin wordt de regering verzocht de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding, die is afgesproken in het coalitieakkoord, een jaar te vervroegen — dat kost 200 miljoen, waarschijnlijk kost het 260 miljoen — en voor de dekking daarvan in de eerste plaats te kijken naar de eerder verlaagde jubelton. Volgens mij wordt in de brief vrij goed uitgelegd dat dit geen goede dekking is. Wij hebben een positieve grondhouding om hiernaar te kijken, maar dan wel in het licht van het Belastingplan 2023. In die zin kan de motie aangehouden worden tot dat moment. Dan kunnen we de discussie vervolgen. (…)

Ik heb gezegd dat ik erop terug wil komen bij de behandeling van het Belastingplan, want het gaat om het één jaar naar voren halen van iets wat wij toch al gaan doen. Daar moet je dekking voor hebben voor het jaar 2023. Die dekking is al in het coalitieakkoord gevonden voor 2024 en volgende jaren. In de motie staat: kijk eerst eens naar het vervroegen van de jubelton. Dat is een gedeeltelijke dekking, maar veel te weinig. Dus ik wil daarop terugkomen. Daarom heb ik gevraagd om de motie aan te houden. (…)

Ik heb niet gezegd dat ik die dekking ga vinden. Ik heb het alleen positief geduid, in de zin dat we een inspanningsverplichting gaan doen om te kijken of we iets met die motie kunnen bij de behandeling van het Belastingplan 2023. (…)

Ik wil hier dus heel nadrukkelijk zeggen dat we een positieve intentie hebben om ernaar te kijken, maar er is geen toezegging, ook niet als de motie door de Kamer zou worden aangenomen, dat we de motie kunnen uitvoeren. Dat kan ik nog niet zeggen, want daar komen we op terug bij het Belastingplan.”

We wachten nu af of het lukt om dekking te vinden voor het het met een jaar vervroegen van de onbelaste reiskostenvergoeding. Hopelijk vinden we de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding in het Belastingplan 2023 terug.

Laatste nieuws